Advertisements
De jongen
Hij was verbaasd, maar toen zijn ogen zich aanpasten, besefte hij dat het een tiener was. De jongen keek op, zijn ogen groot van schrik toen ze die van Mark ontmoetten. Het was de jongen van de buren. Mark had hem een voetbal zien trappen in het veld naast het terrein waar hij zijn huis had gebouwd. De jongen was als versteend, maar hij kroop onder het huis vandaan.
Page 34 of 40